Dit wordt een zielig kerstverhaal met een happy end.
Als jongste van drie kinderen is mijn hele leven één schreeuw om aandacht. Mijn broer en zus schelen weinig in leeftijd en in hun ogen was ik het hinderlijke jongste zusje dat ook zo nodig geboren moest worden
Zij bepaalden of en wanneer ik mee mocht spelen ( zet ‘Annie’op tv maar uit, dit wordt erger)
Meestal vroegen ze alleen aan elkaar:’Zullen we gaan Dieren?’. Dieren was een zelfbedacht spel waarbij je met plastic boerderijdieren bij andere dieren op bezoek ging of suiker kwam lenen. Ik kon opdraven als er bezoek in de vorm van een schaap nodig was. Voor de rest kon het zonder mij .Uiteraard hebben mijn broer en zus hun eigen versie van dit kerstverhaal (iets met dat ik te irritant was) maar dat moet u niet geloven.
Voor de rest was ik vooral goed voor het verwijderen van spinnen uit hun slaapkamer met de stofzuiger. Daar waren ze veel te laf voor.
Alles veranderde op tweede kerstdag, nu drie jaar geleden. De familie was naar het oosten afgereisd voor een gezellig samenzijn op de boerderij.
We zaten nog maar net aan het kerstkonijn toen Boer opstond en zei dat hij even bij een drachtige koe ging kijken. Terug uit de stal keek hij me aan en zei:’Nummer 23 moet melk worden.’
Zwijgend stond ik op, trok een overall over mijn paarse feestjurk aan en volgde mijn geliefde naar de stal. De familie volgde, zuslief kortgerokt en hooggehakt en broerlief op zijn slangenlerenlaarzen. Op gepaste afstand, met dichtgeknepen neus, keken ze geschokt toe hoe ik Boer routineus assisteerde bij de bevalling van het kerstkalf.
Ik gaf in de juiste volgorde een emmer met lauw water, touwtjes, glijmiddel en de krik aan. Ik gooide mijn gewicht op de krik en het kalf kwam kakkend, slijmend en bloedend op aard’.
Zwijgend ruimden we alles op. Ik trok mijn overall uit en liep langs mijn bleke, gruwelende broer en zus en vroeg:’Iemand nog konijn?’. Ik had natuurlijk ook kunnen zeggen:’Zo, nu mag ik zeker wel mee Dieren?’ maar dan had ik mijn zojuist verhoogde status meteen weer verlaagd.
Sindsdien is alles anders. Ik weet niet wat het is, ze zeggen nog net geen U tegen me.
Eindelijk, dankzij Boer, krijg ik het respect dat ik, uiteraard, altijd al verdiende.
Amen