Ik hoor al jaren sterke verhalen van Boer over de zaterdagavonden in zijn jeugd. Dan fietsten ze naar de plek waar het gebeurde in de Achterhoek: De Radstake. Onderweg sloten alle vrienden aan. Ze bleven tot het eind en op de terugweg fietsten ze samen weer terug. Als er iemand kwijt was aan het eind van de avond werd er gezocht in de paardenstallen. Dat was de plek voor plattelandsspelletjes. Een stelletje betrappen met de broek op de enkels was het hoogtepunt van de avond. Dan liep je de stal binnen en zei: “Box ophiesen, wie goat.” Er waren toen maar twee zalen: de grote zaal en de bar. Boer en zijn vrienden stonden altijd zo dicht mogelijk bij de bar. Dan was het drinken en klieren. Iemand had op een avond een paar kilo wortels mee naar binnen gesmokkeld om de band mee te bekogelen moest dat nodig zijn. Het bleek nodig. Wat Boer graag mocht doen aan het eind van de avond was met zijn fiets een rondje door de zaal rijden om zijn vrienden te zoeken. Detectiepoortjes bestonden nog niet. Als de buurjongen kwijt was lag hij te slapen in de hondenmand in het café. Als afsluiter karbonade of een uitsmijter en dan naar huis. Zo’n stuk fietsen kon wel wat afleiding gebruiken. De vrienden zagen eens een dood varken liggen bij een boerderij. Dat hebben ze meegesleept en aan het uithangbord bij het pannenkoekenhuis gehangen.
Ik heb een heel saaie jeugd gehad. In de stad gebeurde niets. Op school hadden we groepjes die allemaal naar hun eigen cafés gingen. Je zat de hele avond tegen dezelfde koppen aan te kijken. Het enige dat wij meemaakten was dat we werden geschopt door nozems omdat we op een kakschool zaten.
Dankzij ouderavonden die de Radstake organiseert kon ik alles met eigen ogen bekijken. Ik had een paar jongeren geregeld die met mij gratis naar binnen wilden. Van verre kwamen discobussen met jongeren aan om een avond te stappen. En slierten fietsers. Ik werd door mijn jonge begeleiders naar een zaal gebracht: ’’ Hier zijn de andere oude mensen.” Op elkaar gepropt wachtten we op het optreden van LUV. Het optreden was één groot hoogtepunt. Met klassiekers als ‘Greatest lover’. De dames droegen loeistrakke korsetten waardoor het middenrif via de borsten tegen de onderkin gedrukt werd. Zingen leek me zo niet mogelijk. Wat maakt het uit. Zo live was het nu ook weer niet. Pure cult, dat was het. Patty werd lastig gevallen door een knul in een blokjesblouse. Laat dat maar aan Patty over. Een paar ordinaire opmerkingen en de blokjesblouse was nergens meer. Ik heb uit volle borst ‘sjalalalalalalsjalalala’meegezongen. Mijn jonge begeleiders vroegen bezorgd of wij oude mensen vroeger fan waren van deze muziek? Omdat ik me niet kon bewegen noch boven de muziek uitkwam ben ik naar de uitgang geschuifeld. In het café trof ik Boer met zijn vrienden die ook te oud zijn voor dit soort avonden. Toen ze honger kregen liepen ze de keuken in om een karbonade te halen. Sommige dingen veranderen nooit.