Toen Boer nog melkkoeien had zei hij: “Ik wil wel groen denken, maar ik mag niet rood staan.’’
Investeringen in verduurzamen terugbetalen van 30 melkkoeien was geen haalbare kaart. De koeien gingen weg, Boer verkocht grond en hij investeerde in zonnepanelen, laadpaal en elektrische auto. Hij rijdt korte ritjes en laadt de auto’s nachts op. Mooi geregeld.
Nadat ik de erfenis van mijn moeder kreeg, overwoog ook ik elektrisch te gaan rijden. Daar stak Boer een stokje voor: “Jij rijdt het hele land door: ik zie je al staan ’s avonds laat na een optreden zonder stroom.” Hij had een punt.
De eerste keer dat we ver van huis gingen, gaf de elektrische auto aan dat we 400 kilometer konden rijden. Toen we uit Rotterdam vertrokken, regende het volop: de ruitenwissers en blazers moesten aan. Die 400 kilometer bleek te optimistisch. Na 40 minuten laden op een industrieterrein, sprokkelden we net genoeg kilometers bij elkaar om de boerderij te halen. Beginnersfout. Vorige week gingen we met de elektrische auto naar Zuid-Limburg om paaltjesroutes te wandelen. We zochten een hotel met een laadpaal in de buurt. De paal bleek buiten werking. “De storingsmonteur komt misschien morgen kijken,’’ vertelde de helpdeskmedewerker.’’ Dan weet je genoeg. Op naar de laadpaal in het volgende dorp. Op die plek stonden twee auto’s van de gemeente te laden. De volgende ochtend stonden die auto’s er uiteraard nog.
In plaats van gele en blauwe paaltjesroutes te lopen, wandelden we de laadpaaltjesroute met de auto. We troffen bomen, katten en vuilnisbakken aan in plaats van laadpalen. Als er een paal stond, was die net getroffen door de bliksem, ontploft, moe of misselijk. Het is een wonder dat we thuis zijn gekomen. Ik blijf voorlopig met mijn vervuilende busje rondrijden.