2022 gaat de boeken in als het zonnigste jaar ooit gemeten.
Het extreem aantal zonuren leverden een record aan stroom op via onze zonnepanelen.
Op 1 januari werd meteen weer een record gebroken: het was de warmste jaarwisseling ooit. Ik wenste mensen “Een gematigd 2023. Wat temperatuur en gedrag betreft. Niks extreems.” In 2022 werd de zwijgende meerderheid erg stil ten opzichte van boze mensen in ons land. Als je stukkies schrijft hoort kritiek erbij, maar opvallend is dat ik het afgelopen jaar meer boze reacties kreeg dan in de veertien jaar daarvoor. Lezers vonden het “belachelijk en denigrerend om je partner Boer te noemen.” Toen ik het woord Boer introduceerde vond ik het een leuke vondst. “Mijn partner die melkveehouder is,” kost veel woorden.
Er was iemand die een rectificatie eiste: “Je maakt mijn bedrijf kapot.” Die las iets dat er helemaal niet stond. Als je schrijft over de wolf, dan kun je wat verwachten. Maar de boze reacties uit allerlei hoeken, nadat ik opperde om de stapel mensen, koeien, varkens, kippen, honden en katten tegelijk te halveren, (lollig ideetje dacht ik) zag ik niet aankomen. Ik kreeg boze mails van dierenvrienden als ik het voor boeren opnam en reacties van boeren die vonden dat ik hen negatief afschilderde. Toen ik schreef dat melkveehouders het door de hoge melkprijs relatief goed hadden, was de mailbox te klein: Ik was “compleet door de mand gevallen’’ en “snapte niets van de problemen die ons boven het hoofd hangen.” Relatief goed schreef ik. Relatief.
Mijn Randstedelijke roots helpen niet mee (“Arrogante westerling”) las ik steeds vaker. Afijn, voor u typt “Gutteguttegut wat is ze zielig”: het viel me op. Ik wens ons een gematigd nieuwjaar en alvast excuses voor alle woorden die ik gebruik en niet gebruik.