Ik speelde afgelopen week voorstellingen met het thema ‘Lentekriebels.’
‘Lentekriebels is een projectweek voor het basisonderwijs. Deelnemende scholen werken met lespakketten van de Rutgersstichting die gaan over weerbaarheid, relaties en seksualiteit.
Jonge kinderen willen weten wat het verschil is tussen jongens en meisjes en waar baby’s vandaan komen. Oudere kinderen leren over eitjes en zaadjes, puberteit, verliefd zijn en relaties. Onderzoek toont aan dat voorgelichte kinderen weerbaarder worden en later minder vaak te maken krijgen met gedwongen seks, een soa of tienerzwangerschap. Zoals te verwachten in deze tijd werd de themaweek gekaapt door lelijk geschreeuw van volwassenen. Er waren in de media vele dieptepunten in de discussie, aangevoerd door ongenuanceerde politici en BN’ers. Er zou propaganda worden gemaakt voor homoseksualiteit en geslachtverandering.
De kinderen op scholen waar we speelden, waren gelukkig gewoon kinderen, die giechelen als het om seks gaat. We vroegen jonge kinderen waar ze aan denken bij ‘lentekriebels. ‘Lammetjes’ en ‘Eieren’ riepen ze. Een kind riep ‘Billen!’ Toen riepen ze allemaal ‘Billen’ en lagen in een deuk. Ik speelde een verliefde wolf met lentekriebels. Mijn collega speelde een lammetje waar ik mee wilde zoenen. Dat vond het lammetje niet prettig. Ze wilde het rustig opbouwen. Ook had het lammetje twijfels of een wolf en een lammetje wel verkering konden hebben. We kregen later terug dat de kinderen het goed vonden dat het lammetje ‘Stop’ had gezegd.
Voor we lespakketten maken voor kinderen, stel ik voor dat wij, volwassenen, terug naar school gaan om de belangrijkste basisregel in de communicatie te oefenen: ‘Laat OMA thuis.’ Oordelen, Meningen, Adviezen. Sommige volwassenen zijn zo ontspoord dat een week veel te kort is.