De gemeente Oost-Gelre gaat een stedenband aan met Amsterdam. Het was de wens van burgemeester van der Laan om iets terug te doen voor gebieden en steden die hielpen toen Amsterdam het financieel moeilijk had. ‘Payback time’ noemde van der Laan dat. Krimpgebieden moeten toeristen gaan aantrekken. Zo komt er bijvoorbeeld een wandelpad van Amsterdam naar Zieuwent. Dat kan dit dorp zomaar 100 bezoekers extra per week opleveren.
Om toeristen te verleiden Amsterdam te verlaten is een marketingstrategie bedacht: Holland City. Nederland wordt in de markt gezet als extreem makkelijk bereikbare stadstaat. Het idee is dat Nederland één grote stad is, met verschillende wijken die de toerist wat bieden. Den Haag is The Royal District. Rotterdam the Architecture District, Eindhoven The Design District. Zandvoort heet inmiddels Amsterdam Beach, het Muiderslot Amsterdam Castle en Amsterdam zelf is bruisend downtown.
Het nieuwe wandelpad lijkt me goed te promoten: Zieuwent, the Church Village. Behindcorner: The Farmer District.
Het pad komt ook langs de Veluwe: The Wolf District?
Ik begrijp best dat krimpgebieden leefbaar moeten blijven en dat er geld moet binnenkomen.
Maar als je plattelandsbewoners vraagt: “Wil je dat Nederland gezien wordt als een stad in plaats van een land, dan weet ik zeker dat ze steigeren: je woont niet voor niets op het platteland en niet in een stad.
Ik ben een stadmens maar er zijn grenzen. Vanwege de drommen toeristen vermijd ik het centrum van Amsterdam als de pest. In het Vondelpark, sorry City Park, kom ik niet meer nadat ik omver werd gereden door een Aziaat op een City Bike.
Is het mogelijk om de Achterhoek geld te geven zonder dat er veel extra toeristen komen? Extra subsidie voor het keurmerk ‘Low Tourist District?
Je wordt ongetwijfeld een stuk rijker van mensen, maar gelukkiger?