Ik was vrijdag op de Zwarte Cross. Ik ga niet meer in het weekend en steeds vroeger op de dag omdat het dan nog rustig is. Ik loop meteen door naar de theaterweide, waar je straattheateracts kunt bewonderen en voorstellingen kunt zien. Zittend ook nog! Boer fietst later op de dag met vrienden naar het festival omdat hij wel van ruige bands in grote tenten houdt. Zo is er voor iedereen wel een plek waar het goed toeven is.

Je leert elk jaar wat bij. Ik wilde om 12 uur in de theatertent zijn voor een optreden.  Vorig jaar miste ik een voorstelling: te laat van de boerderij weggegaan. Van de parkeerplaats naar de Theaterweide is het 45 minuten lopen. Dus geen leuke hippe sneakers aan, maar stevige stappers. Zoals elk jaar was de sfeer top. Het enige merkwaardige: rond 18 uur was al het frisdrank zonder suiker en water op. Dan maar frisdrank met suiker. Ook op. Dan maar een 0.0 biertje. Ook op. Het bleef op. Een medewerker zei: “Het wordt vannacht aangevuld. Wilt u kraanwater?’’ Ik moest er een munt voor betalen. Dat zou ik als cateringbaas niet durven: een munt vragen voor kraanwater. Ik neem nooit eigen water mee omdat ik snap dat evenementen het moeten hebben van de verkoop van drank. Weer wat geleerd: ik neem voortaan een waterfles mee.

Het plan was om te blijven tot Madness optrad. Jeugdsentiment. Ik was een groot Skafan toen ik twaalf was, droeg broeken met vertikale blauw-witte strepen en tekende met zwarte stift blokjes op witte schoenen en hoedjes. Ik haalde het optreden niet wetende dat ik nog terug moest lopen naar de parkeerplaats. Na 40 minuten sjokken (toch pijn in de voetjes) zag ik het hoofdpodium opdoemen en ving flarden op van Madness’ night boat to Cairo. Een extra uitgang voor senioren aan de achterkant van het hoofdpodium: is dat nog een optie?