Toen Boers herdershond uit haar lijden werd verlost, kreeg ik voor het eerst te maken met de huisdierenarts.
Hij gaf de hond een spuitje, stapte uit piëteit achteruit, boog zijn hoofd en liet ons afscheid nemen. Hij gaf ons een hand: ’’Sterkte ermee.’’
Een dag later kregen we een kaartje met hondenpootjes: “Gecondoleerd met het verlies van Bo.’’
Dit bleek een andere wereld dan die van de ruige veeartsen. Die sturen geen kaartjes met koeienvlekken.
Poes Pixie Sweety de VIIe kwam onlangs gewond en jammerend op Boer af. Volgens Boer, die mij het drama door de telefoon vertelde, zag hij de spieren zitten. Gelukkig kon dezelfde lieve dierenarts Pixie repareren. Boer kreeg antibiotica mee. ‘Medicijnen voor POES’ stond er op de verpakking.
“Je denkt toch niet dat ik heb gezegd dat ze Pixie Sweety de VIIe heet?’’
Boer is minder stoer dan hij wil doen voorkomen, (hij zit stiekem vaak met de poes op schoot),maar dit ging te ver. Een boer met een kat die Pixie Sweety de VIIe heet, daar krijg je maar praatjes van.
De wond genas niet helemaal zoals ik hoopte, dus ging ik terug. Pixie kreeg wondspray mee.
“Pixie Sweety is een dapper poesje, maar als het sprayen pijn doet moet je stoppen. Of als ze neurotisch gaat likken, want dan wordt ze misselijk,” sprak de dierendokter.
Ik kreeg het moeilijk in de behandelkamer. Neurotisch likken. Het liet me niet meer los. Wat zou het verschil zijn tussen neurotisch en niet-neurotisch likken? Ik wilde vragen of hij het verschil wilde laten zien tussen neurotisch en niet- neurotisch likken, zodat ik wist wanneer ik moest ingrijpen. Maar dat leek me ongepast. Dus stond ik op mijn tong te bijten, waardoor de gedachte in me opkwam dat ik met een kapotte tong sowieso niet neurotisch kon likken.
Afijn, ik was afgehaakt en er kwam niets binnen aangaande het behandelplan van Pixie.
Ik kan nooit meer normaal naar mijn poes kijken.