Met Pasen ontvingen we mijn familie uit Haarlem op de boerderij. We bezochten een melkveehouderij met robots, waar een aantal van onze koeien naar toe verhuisde, toen Boer stopte met melken. Mijn zwager werkte ooit bij een fabrikant van landbouwmachines die het eerste prototype melkrobot op de markt bracht. Hij wilde graag zien hoe robots dertig jaar laten functioneren.
De robot maakt eerst de uiers schoon. Daarna zoekt een sensor naar de spenen om de melkbekers te plaatsen. Robots registeren wat een koe eet, hoeveel melk ze geeft, haar temperatuur en hoeveel stappen ze loopt. Een tochtige koe beweegt bijvoorbeeld veel; een zieke koe niet. Via een app krijgt een boer melding als een koe niet naar de robot is geweest. Tijdens het melken krijgen koeien brokjes. Er is een koe die steeds terugkomt. De robot heeft het door en zet het hek weer open. Doorlopen, je bent net gemolken. Niks brokjes. Ze probeert het bij een andere robot, maar daar krijgt ze ook niks. We hebben lol om het beteuterde hoofd van de draaideurkoe.
Zwager is zwaar onder de indruk van de huidige technologie. Ook van de robot die het voer voor de koeien aanschuift en een robot die mest verwijdert van de roosters. Ze laden zichzelf op met zonne-energie. Het bespaart boeren veel tijd en brandstof voor de trekker. Wat weer duurzamer is. Duurzamer is deze automatisering ook voor de boer zelf: Boer is niet voor niets gestopt: zijn rug wilde niet meer. Oudere boeren die ik ken hebben allemaal versleten knieën, schouders of ruggen. Robots zorgen er ook voor dat boeren tijd kunnen besteden aan andere taken: die zijn er nog steeds meer dan genoeg. En, niet te onderschatten: boeren kunnen eens blijven als de barbecue aangestoken wordt. Of eieren zoeken met Pasen.